Strakke structuur vs vage grenzen

De school kent een vaste structuur in tijd en ruimte (vaste plaatsen, vaste lestijden en pauzes). Bij veel Roma-kinderen thuis zijn de grenzen veel vager. De beschikbare ruimtes worden benut voor meer dan één activiteit, dikwijls ook wegens de beperkte beschikbare ruimte (bijv. keuken, slaapkamer en woonkamer in één ruimte, met zeer beperkte privacy). De tijd wordt vooral ingedeeld volgens het hier-en-nu-principe en de directe noden van de familie. Een afgebakende dagindeling bestaat nauwelijks. Hierdoor gaan kinderen vaak laat slapen en kunnen ze ’s morgens hun bed niet uit. Een deel van de ouders is werkloos, wat bijdraagt tot de afwezigheid van structuur. Leerkrachten die met Roma-leerlingen werken, merken op dat deze aanpassing aan de grenzen en de structuur van een school vlotter verloopt op jongere leeftijd.

Deze vaagheid van tijdsgrenzen vinden we terug met betrekking tot de verschillende levensfasen. Alle leeftijden wonen bij elkaar en lopen door elkaar. Kinderen en jongeren gaan zich spiegelen aan volwassenen en er zich naar gaan gedragen, kleden, handelen. Volwassenen laten ook hun goedkeuring blijken voor dit gedrag en betrekken hen erin. In de school daarentegen wordt er gewerkt volgens meer onderscheiden ontwikkelingsstadia volgens de psychologie en de vaardigheden van het kind. In de school is er dan weer een mix op het gebied van gender. Daar valt er bij Roma juist wel een scheiding op. Mannen en vrouwen trekken vooral op met leden van hetzelfde geslacht en verdelen de verantwoordelijkheden en taken volgens deze lijn.

Schrift en theorie vs oraliteit en praktijk

Roma hebben een orale cultuur: men wisselt mondeling voortdurend informatie uit, ook via smartphone. Dit staat in schril contrast met de school waar een groot deel van de kennisoverdracht en de communicatie gebeurt aan de hand van geschreven teksten. Toch vinden veel ouders het belangrijk dat de kinderen leren lezen, schrijven en zeker rekenen, aangezien deze vaardigheden van belang zijn om zich op een behoorlijke manier een weg te banen in de maatschappij. Sociale media hebben de laatste jaren enorm aan belang gewonnen bij Roma, vooral bij de jongere generatie. Ook daar komt men in contact met geschreven communicatie.

Een groot deel van de kennis die in school bijgebracht wordt, is theoretisch, abstract en algemeen. Het thuismilieu daarentegen is gericht op de dagdagelijkse realiteit. Hierin zijn vooral heel praktische en direct bruikbare kennis en vaardigheden van belang, zoals onderhandelingsvaardigheden, vindingrijkheid, mensenkennis. Het is vooral thuis waar Roma-kinderen leren hoe ze hun plan moeten trekken in het leven.

Individuele ambities vs groepswelzijn

De individuele doelstellingen van het leerplan op school stroken niet steeds met het belang dat Roma-families hechten aan het collectieve welzijn van hun groep. Ouders uiten soms de vrees dat de schoolopleiding ervoor kan zorgen dat hun kind later zijn/haar eigen weg zal gaan en zich minder om de familie zal bekommeren en om de intern gekoesterde waarden.

Autoriteit vs vroege rijpheid

De organisatie op school en in de klas berust op autoriteit en regels, terwijl adolescente Roma-jongeren in hun gemeenschap vaak al als ‘volwassenen’ worden beschouwd (zie ‘culturele drempels’). De familie verwacht dat de jongeren snel op eigen benen staan, leren onderhandelen en hun plan trekken. Hierdoor hebben sommigen het moeilijk met strakke regels op school en willen ze niet meer als een ‘kind’ worden behandeld.